Juni

Yucca filamentosa (Palmlelie)
Bloeiperiode: juni/juli
Bloeikleur: wit ‘Alba’ is wit
Hoogte plant: circa 50 tot 80 cm
Hoogte plant in de bloei: circa 100 tot 150 cm
Wintergroen: bladhoudend
Winterhardheid: goed winterhard
Standplaats: zon/halfschaduw, niet te vochtige en goede draainage
Plantsoort: meerjarige vaste plant
Snoeien: nooit het blad snoeien, als de plant uitgebloeid is en de stengel er verdord uit gaat zien dan kunt u de stengel terug snoeien tot circa 10 cm.
Vermeerderen: door het afsteken van de nieuwe uitlopers of het nemen van wortelstek, in augustus/september

Pioenrozen, planten


Pioenen zijn prachtige planten. Zó mooi dat ze ook pioenroos worden genoemd. De toevoeging ‘roos’ is een aanduiding van schoonheid, die je vaker bij mooie bloemen tegenkomt. Denk maar aan kerstroos, klaproos en tuberoos.
Pioen bloeit tussen eind april en begin juni.
De beste planttijd is oktober. Bij het planten moeten de neuzen (groeipunten) net onder de grond komen. Maak een ruim plantgat en meng compost door de tuingrond. Pioenen houden ook van champignonmest en een beetje (poeder)kalk. De grond moet goed afwateren. Pioenen bloeien rijker naarmate ze langer vast staan. Zet ze dus op een plek waar ze jarenlang ongestoord kunnen groeien.
Snoeien: als de bladeren lelijk worden in de herfst, knip dan de stengels tot net boven de grond af. De afgeknipte takken en bladeren mogen niet op de composthoop en laat niets achter in de tuin. Op het snoeiafval kunnen schimmels (botrytis) overwinteren die in het voorjaar de pioenroos aantasten. Geef ze tegelijk een flink portie mest en laat de planten verder met rust.
Winterhard: ja
Vermeerderen: Rooi in het najaar of vroege voorjaar de oude pol. Oude stukken van de pol verwijderen en jonge gezonde stukken opnieuw planten. Let er wel op dat er aan de dikke vlezige worteldelen wat knoppen (ogen) zitten. Plant ze zo dat de nieuwe knoppen niet dieper dan circa 4 of 5 cm in de grond komen te staan. De groei naar een plant met veel bloemen duurt ongeveer 2 jaar.


Lupinus Russell Hybrids
 
 
 
Nederlands naam: Lupinen
Bloeiperiode: juni/oktober
De bloemen van de Lupine bestaan elk uit vijf bloemblaadjes, de twee onderste vormen de kiel waar de meeldraden en stamper zitten, die worden pas zichtbaar als de bloem zich opent. Aan beiden kanten van de kiel zitten de zwaarden en bovenin de plant zit het vijfde kroonblad. De bloemen van de Lupines zijn vaak twee kleurig en het blad is vaak aan eén kant wat behaard. Ze stellen weinig eisen aan de grond, maar ik heb soms wel eens het idee dat het twee jarige planten zijn, want na een paar jaar komen ze niet meer op.
Snoeien: Knip van de planten die geen zaad hoeven te leveren direct na de bloei af, zodat ze voor een tweede bloei zorgen in augustus. Snijd de planten in het najaar vlak boven de grond af.
Vermeerderen: Door zaaien op de plaats van bestemming of scheuren. Het is raadzaam om de Lupine om de drie jaar in augustus uit de grond te halen en te delen. Plant de jonge planten terug en geef ze voldoende water.
Kieming : 10 tot 20 dagen bij + 15-20 graden. Zaaitijd in kasteelt: Alleen van toepassing voor eenjarige lupinen. Deze kunnen in de koude kas gezaaid worden vanaf maart, voor bloei na ongeveer 15 weken. Bij latere zaaisels zal de plant eerder bloeien. De kas vorstvrij houden. Zaaitijd buitenteelt: De kiemplant van lupine is vorstgevoelig. Zaaien kan daarom pas vanaf begin mei tot eind juli. Alleen de vroege zaaisels zullen een beperkte bloei geven. Late zaaisels bloeien in mei/juni van het jaar na zaaien.


Spierstruik: Spirea japonica ‘Genpei’
 
Bloeiperiode: juni/september
Standplaats: zon/halfschaduw
Snoeien: direct na de bloei
Snoeiwijze: mag sterk gesnoeid worden indien gewenst
Grondsoort: niet zo belangrijk
Hoogte: circa 60/80 cm
Blad verliezend
Winterhard: ja
Vermeerderen: door de scheutstekken of houtige winterstekken

Astilbe ‘Bridal Veil’
 
Bloeiperiode: is afhankelijk van de variëteit van midden juni tot eind augustus
Hoogte: circa 80/150 cm
Breedte: circa 150 cm
Standplaats: halfschaduw/zon. Bij voldoende vocht kunnen ze ook zon verdragen.
Vermeerderen: delen/scheuren in het voorjaar (na half mei)
Extra tip.
Uitgebloeide pluimen kunt u beter niet in het najaar snoeien, doe dit liever in het vroege voorjaar. Indien u het niet mooi vind dan mag u ze wel in het najaar snoeien.
Ze geven een zeer decoratief winterbeeld in uw tuin.

Vrouwenmantel (Alchemilla vulgaris)


Vrouwenmantel is een lid van de rozenfamilie en wordt tussen de 20 en 50 cm hoog.
De onderste bladeren zijn rond, vlak, groot en gesteeld met 7 tot 12 getande lobben, geplooid.
De bloemen zijn klein en lichtgroen en staan in een tuiltje.
De bloeitijd is van mei tot juli.
Vrouwenmantel is geurloos.
Hoogte plant: 20 tot 50 cm
Breete plant in de bloei: circa 50 cm
Wintergroen: nee bladverliezend
Winterhardheid: goed winterhard
Standplaats: zon/halfschaduw, niet te vochtige en goede draainage
Plantsoort: meerjarige vaste plant
Vermeerderen: door te delen/sheuren in september/oktober

Gewone Margriet: ‘Chrysanthemum leucanthemum’
 
Bloeiperiode: juni/september
Hoogte: circa 40 tot 80 cm
Standplaats: zon/halfschaduw
Grondsoort: niet zo belangrijk
Blad verliezend
Winterhard: ja
Vermeerderen: door delen/scheuren, in het voor of najaar

Moederkruid (Chrysanthemum parthenium L.)


Moederkruid is een inheemse vaste plant, met kleine margrietachtige bloemen.
Bloeiperiode: juni/juli, augustus, september/oktober?.
Hoogte: circa 60 cm
Wintergroen: bladverliezend
Winterhard: goed winterhard
Standplaats: zon, halfschaduw
Soort gewas: vaste plant
Snoeien: uitgebloeide bloemen na de 1e bloei verwijderen en dooie stengels er uit snoeien, na de 2e bloei en als het blad afgevallen is, kunt u hem terug snoeien tot circa 5 cm boven de grond.
Vermeerderen: Moederkruid heeft de gewoonte om in een tuin makkelijk uit te zaaien en moet dus in de gaten gehouden worden voor te veel planten in uw tuin er van.

Brandende liefde: Lychnis chalcedonica

Bloeiperiode:
juni/juli
Bloeikleur: rood, wit ‘Alba’ is wit
Hoogte: circa 70 tot 100 cm
Wintergroen: bladverliezend
Winterhardheid: goed winterhard
Standplaats: zon/Halfschaduw, vochtige bodem
Meerjarige vaste plant
Herkomst: oorspronkelijk afkomstig uit Rusland bloemen in helder scharlakenrood met lange bloemstengels waarop felrode bloemen verschijnen.
Zeer goede snijbloemen.
Vermeerderen: door zaaien na half mei, en stekken door het uitgraven van een wortelstok

Hebe ‘Pascal’
 
Bloeiperiode: juni/juli/ augustus
Hoogte: circa 50 cm
Winterhard: redelijk
Dit compacte bolvormig en bladhoudende Hebe struikje is een extra sierwaarde voor uw tuin.
In de winter en het voorjaar zullen de bladeren verkleuren naar donker rood.
En in de zomer zijn de bladeren prachtig groen, met zijn mooie bloemen er aan.
Vermeerderen: door in het late voorjaar de zijscheuten af te steken en ergens anders weer de jonge zijscheuten opnieuw te planten.



Phlox paniculata Eva Foerster
Foto hier onder, zo ziet hij er nu uit datum in de foto
Phlox drummondi
Witte Phlox hier onder,
 
Bloei: Juni/augustus
Nederlandse naam: vlambloem
Standplaats licht: zon/halfschaduw
Plantgroep: Vaste planten
Grondsoort: Geen voorkeur
Bloemkleur: Roze/karmijn
Wintergroen: Nee
Winterhard: Ja
Hoogte: circa 100 cm
Snoeiperiode: Als de planten in de herfst zijn uitgebloeid,
moeten ze tot de grond toe worden terug gesnoeid.
Vermeerderen: delen/scheuren, of wortelstek in het voorjaar

Alant: Inula orientalis

Bloeiperiode:
juni, juli, augustus, september
Hoogte: circa 70 cm
Wintergroen: bladverliezend, vaste plant
Winterhardheid: goed winterhard
Standplaats: zon/halfschaduw
Gele composietachtige bloemen, zeer goede snijbloemen.
Kenmerk: vaste planten voor een kalkrijke droge grond, ook doen ze het ook goed in normale tuingrond.
Vermeerderen: delen/scheuren, in voor of najaar

Salie: Salvia nemorosa ‘Ostfriesland’

Gemakkelijke plant die ook op minder goede grond groeit.
Heeft een lange en goede bloei.
Winterharde vaste plant
Hoogte: circa 50cm
Bloeiperiode: Juni / Augustus
Standplaats: zon / halfschaduw
Vermeerderen: delen/scheuren, in voor of najaar

Kokardebloem: Gailllardia ‘Kobold’

Bloeiperiode:
juni/september
Standplaats: zon
Hoogte: 40/50 cm
Grondsoort: zand- en kleigrond
Blad verliezend
Winterhard: ja
Om hem over te houden is het beter om deze plant half september terug te snoeien, daar zij anders mogelijk de winter niet overleeft door een tekort aan voedings-stoffen.
Vermeerderen: door te delen/scheuren, in maart tot mei
Zaaien: in april, mei

Clematis ‘Pink Fantasy’

Nederlandse naam: Bosrank (wit rose pastel)
Grootbloemige cultivar met zeer lichtroze pastelkleurige bloemen, met een zwak purperrode streep. Vraagt een plekje in de zon, kan enige schaduw verdragen. De voet van de plant beschermen tegen de felle zon!. In maart het zwakke en dode hout weghalen, de rest van de plant goed terugsnoeien tot op circa 70cm boven de grond.
Standplaats: zon / half schaduw
Hoogte:
circa 300 cm
Bloeiperiode:
juni/september
Bladhoudend:
nee
Winterhard:
ja
Vermeerderen: door zomer stek, of door afleggen.

Astilbe: Peach Blossom
 
Bloeiperiode: juni / augustus
Hoogte: circa 60 cm
Standplaats: Half schaduw / schaduw
Grondsoort: Iedere vochtige voedzame grondsoort
Winterhart: redelijk. In de winter afdekken tegen strenge vorst.
Snoeien: In het voorjaar de uitgebloeide stengels er uit knippen.
Bijzonderheden: in kleigrond, tuinturf gebruiken, mulchen
Vermeerderen: delen/scheuren. In het voor of najaar.

Papaver somniferum: slaapbol
Papaver somniferum L.- Lavender and Lace
 
Bloeiperiode: juni/augustus
Eenjarige plant: die zich zelf vermeerderd door zijn zaad, en het jaar daarna weer volop nieuwe planten in de tuin staan, de uitgebloeide planten kunt u verwijderen indien u er geen zaad van nodig heeft, en in dien wel dan moet u nog even wachten tot de zaad bollen bruin gekleurd zijn.
Verwijder dan de uitgebloeide zaadbollen op tijd, zodat u ze in het najaar omstreeks oktober zelf kunt uitzaaien op de plaats waar u dat gewenst lijkt. U kunt het zaad gewoon uitstrooien en verder hoeft u er niets aan te doen daar het licht-kiemmers zijn, en ze nachtvorst nodig hebben om in het voorjaar op te kunnen komen.
De oude uitgebloeide plant kunt u nu gewoon verwijderen daar die toch het jaar er op niet meer opkomt.

Kamperfoelie: Lonicera periclymenum ‘Serotina’

Begin van de bloei
Standplaats: zon / halfschaduw, niet te droge grond.
Grondsoort: is niet zo belangrijk
Bloeiperiode: juni / oktober
Vermeerderen: van zomer, of winterstek

Puntwederik: Lysimachia punctata
 
Puntwederik Lysimachia punctata
Familie: Sleutelbloemfamilie, Primulaceae
Afmeting: 40 tot 100 cm.
Winterhart: Ja
Bloeiperiode: juni / augustus.
Stengels: Rechtop, kort donzig behaard, vierkantig, groepen vormend.
Bladeren: In kransen van 3 of 4 tegenover elkaar, eirond tot langwerpig, toegespitst, van onderen beklierd, een gewimperde rand, tot 10 cm.
Bloemen: Schijnkransen met 2 tot 8 bloemen in de bovenste bladoksels, geel, 1,8 tot 2,6 cm, kroonslippen breed, klierachtig gewimperd, groene kelkslippen 0,5 tot 1 cm.
Bodem: Zonnige tot licht beschaduwde plaatsen op vochtige, matig voedselrijke grond.
Vermeerderen: door delen/scheuren.

Monnikskap: Aconitum henryi ‘Spark’
 
Monnikskap: Aconitum henryi ‘Spark’
Bloeiperiode: juni / augustus
Stelt niet veel eisen aan de grondsoort, kan in de zon staan maar ook in halfschaduw.
Wintergroen: Nee
Winterhard: ja
Giftig: zeer giftige tuinplant, kijk bij de giftige planten voor meer informatie.
Vermeerderen: delen/scheuren
Preventie: trek minimaal handschoenen aan als u de plant moet aanraken.

Meisjesogen – Coreopsis grandiflora
 
De Meisjesogen verlangen naar een zonnige en goed doorlatende vruchtbare tuingrond.
Het is geen overbodige luxe om ze op te binden als ze op een wat onbeschutte plek staan. Na de bloei de uitgebloeide bloemen verwijderen,soms komt er nog een nabloei. In het najaar snijden we de bloemstelen tot ongeveer 10 cm boven de grond af.
Bloeiperiode: van juni / oktober.
Vermeerderen: door delen / scheuren.

Klavertje Vier: Oxalis deppei ‘Iron Cross’
 
Oxalis deppei ‘Iron Cross’ zwartbruine kleur op de basis van de 4 bladeren. Is zeer aantrekkelijk door de donkerpaarse vlek in het centrum van de blaadjes. De bladen zijn driehoekig van vorm en tot zes centimeter lang. De plant vormt een pol, die dicht met bladen is bezet. Deze klaverzuring bloeit met roodachtige bloemen in juni – augustus. De plant wordt niet hoger dan 25 centimeter. Het is een prima bodembedekkende plant voor in de zon en halfschaduw.
Planttijd: maart/mei
Plantdiepte:
10 cm
Plantafstand:
10 cm
Lichtomstandigheden:
volle zon.
Vermeerderen: door in het najaar de bolletjes (kralen) er af te halen en ze in het voorjaar maart/mei weer uit te planten, of door ze te laten staan daar zij zich vanzelf uitbreiden.

Hollandse Iris Bleu Magic.
Hier onder staat een andere blauwe Iris
 
Hollandse Iris Bleu Magic.
Bloemkleur: licht blauw, geel, wit, paars, blauw
Bloeiperiode: Juni – Juli
Hoogte: 60 cm
Plantdiepte: 10 cm
Plantafstand: 10cm
Lichtomstandigheden: volle zon
Toepassingen: bloembedden, borders en als snijbloemen.
De Hollandse iris Bleu Magic geeft de voorkeur aan goed gedraineerde grond. De bollen kunnen voor meerdere jaren in de grond gelaten worden maar de kans op vorstschade en ziekten is vrij groot. De bloemen hebben een doorsnede van 10 cm en de stelen zijn stevig.
Vermeerderen: door ze in september uit de grond te halen, en de bolletjes (kralen) die er aan gegroeid zijn als ze goed opgedroogd zijn na ongeveer 1 maand er afhalen en alles in donker en op een koele plaats bewaren, zodat u ze in maart weer uit kunt planten in uw tuin.

Houttuynia cordata ‘Chameleon’
 
Houttuynia cordata ‘Chameleon’ heeft Rode stengels en opvallend decoratief groen-geelwit hartvormig blad dat in het najaar rood verkleurt.
Bloeikleur wit/crème
Bloeimperiode: juni / juli / Augustus
Hoogte: circa 25 tot 50 cm
Kan zowel in de zon als in de schaduw goed groeien.
Veel gebruik als bodembedekker, let goed op dat hij niet door heel je tuin gaat groeien als je dat niet wil hebben?, steek dan de uitlopers weg.
U kunt hem ook goed in grote potten planten dan krijgt hij daar de kans niet voor.
Vermeerderen: Houttuynia is gemakkelijk te vermeerderen door de plant in het voorjaar te scheuren of uitlopers met wortels eraan af te snijden.

Passiebloem Passieflora WitDeze witte bloeit wat later zoals u aan de datum kunt zien.
Passiebloem
De Passiebloem is er dit jaar erg vroeg bij in mijn tuin, normaal begint hij begin juni te bloeien.

Passiebloem Pasiflora ‘Victoria’ : Foto 16 juli 2010
Passiebloem Passiflora ‘Purple Haze’
Foto gemaakt in mijn tuin: 25-10-2007
 
De passiebloem is een snel groeiende klimmer met grote exotische bloemen. Uit deze bloemen steken helmdraden met blauwe en paarse banden. De passiebloem is niet erg winterhard maar u kunt ze in de volle grond zetten, maar zet ze dan op een beschutte plek in de zon die goed water doorlatend is. Help hem in het begin even een handje met klimmen door hem vast te binden, en geef ze regelmatig water indien het droog weer is. Breng in het najaar een flinke laag blad aan rond de voet van de plant. Na een warme zomer komen er zelfs vruchten aan, de smaak van deze passievrucht is niet echt smaakvol.

Passiebloem vrucht. Foto gemaakt: 25-10-2007
Bloeitijd: mei / juni /oktober
Gevoelig voor bladluizen en spint.
Snoeien:
In het voorjaar. Dode takken terug knippen, de hoofdtak wordt tot ongeveer 1 meter terug gesnoeid.
Vermeerderen: door afleggen of zomerstek.
Stekken.
Normaal kunt u van de hele plant stekken snijden, zowel tussenstek als kopstek. Eenuitzondering vormen de delen die teveel ver-hout zijn en een kopstek die te slap of te jong is. Een goede stek is stevig en heeft twee ogen of knopen. Snij de stek net onder het onderste oog schuin af, zodat u boven- en onderkant kunt onderscheiden. Het is beter om de gesneden stekken eerst een nacht in koel water, evt. met een lichte oplossing voeding te zetten, voor dat u ze op gaat potten. Dit geeft de stek de kans om zoveel mogelijk water en voeding op te nemen via het blad. Verwijder voor het oppotten schutblaadjes, ranken, bloemknoppen en onderste blad(eren), maar laat de bovenste bladeren zitten. Zet de stek met een oog of knoop in de grond en met een oog boven de grond (met daarboven stengel van ± 5 cm). Als de stengel boven aan te ver (voorbij het oog) indroogt kan het ondergrondse oog ook nog voor uitlopers zorgen. Stekpoeder is goed maar niet noodzakelijk.
Stekken in water:
Dit is wel de meest succes volle methode?, neem een potje en vul dat met schoon leiding water voor een kwartvol en doe er een mes puntje stekpoeder in zorg ervoor dat de stekpoeder goed vermengd is met het water, en neem dan een stevige scheut van de Passiebloem van circa 15 cm steek de stek in het potje en wacht tot er wortels aan komen van circa een halve cm, en plant hem dan in goede tuinaarde. De wortelvorming kan ongeveer 2 weken duren afhankelijk van het weer, hou wel het water peil in de gaten zodat stek niet droog komt te staan, daar het water bij erg warm weer snel verdampt.

Fuchsia Magellanica

Begin van de bloei
Fuchsia Magellanica

Hier staat hij in de volle bloei
Fuchsia-Bellenplant:
De uit Chili afkomstige Fuchsia Magellanica is de enige soort die redelijk winterhard is en kan goed in de border worden gebruikt, hij kan wel 1.5 meter hoog worden en bloeit van juni tot september/november.
Met winterharde fuchsia’s zijn er geen probleem zouden wij denken. Deze laten wij fijn buiten overwinteren. Dit is echter net iets te positief gedacht. Onder winterharde fuchsia’s verstaan we fuchsia’s die met een zekere verzorging en bescherming gedurende de winter in de volle grond kunnen blijven staan. Het bekendst zijn de Fuchsia’s magellanica en Fuchsia regia, beiden in het wild voorkomende fuchsia’s.
Het meeste succes op een goede overwintering hebt u wanneer u een minstens één jaar oude plant na eind mei buiten uitplant en daarbij een kuiltje rond de plant laat. Dit is gemakkelijk bij het eventuele watergeven en bovendien slibt het in de loop van het seizoen dicht, waardoor ook de onderste vertakkingen in de grond komen. Hierdoor vormen zich extra wortels.
Een stevige wortelkluit geeft een betere kans tot overleving in de winter. In het najaar snoeien we ze niet terug, dat doen we dus in het het voorjaar. Wel dekken we de plant tegen vorst met sparrengroen af. Het voordeel van winterharde fuchsia’s is dat er geen winterberging nodig is. Er ontstaan zeer bossige struiken met vele uitlopers vanuit de grote wortelkluit.
Er zijn op de hortensia na – weinig struiken die in de schaduw gedijen en die bloeien van juni tot november. Ik kan me voorstellen dat niet iedereen een grootbloemige fuchsia, zoals Dollar Princess, zomaar naast subtiele borderplanten als Zeeuws knoopje en hemelsleutel plant. Maar er zijn ook fuchsia’s met meer verfijnde bloemvormen, zoals bijvoorbeeld de wilde Fuchsia magellanica. Voor een iets grotere bloem is er de cultivar Riccartonii. En wie niet bang is voor karmijnrood met gloeiend paars, zou eens naar Enfant Prodigue kunnen uitkijken – een goed winterharde fuchsia van zo’n anderhalve meter hoog.
Snoeien:Fuchsia magelanica is de enige winterharde en mag gesnoeid worden, snoei alleen de dode takken weg in de lente,meer niet , wel de onderkant beschermen in de winter(wel winterhard maar kan soms met zeer strenge vorst wat invriezen)
Het snoeien van de struik heeft tot gevolg dat hij meer bossig wordt. Als het nodig is, worden bevroren of dode takken tot aan de het wortelgestel weggesnoeid. Struiken die in de halfschaduw staan, worden in de late herfst met eenderde van de scheutlengte ingekort. In het voorjaar – als de groei weer zichbaar wordt (bij het opzwellen van de knoppen) – wordt de struik gefatsoeneerd. Dode takken of stengeldelen eruit snoeien. Let op dat de opgezwollen knoppen niet worden beschadigd.
Vermeerderen: in augustus als je volgend jaar een tuin vol Fuchsia’s en Geraniums wil hebben, is het dan de tijd om te beginnen met stekken. Neem 5 tot 8 cm lange stekken van de moederplanten die sterk zijn en rijk bloeien. De stekken plant je in bloempotten gevuld met 50 procent hoeveelheid potgrond en 50 procent scherp zand goed door elkaar gemengd. Zorg dat de stekken vochtig blijven, maar niet te nat, lucht de plantjes regelmatig. Na enkele weken zullen de stekjes geworteld zijn en kunnen deze geplant worden in grotere potten met normale potgrond. Zorg er wel voor dat de planten koel en vorstvrij blijven (10 graden) en overwinteren in een lichte omgeving.

Polyantha Hybride: Perk Roos
Polyantha Hybride Perk Roos:Dit is een zeer gemakkelijke perkroos die weinig eisen stelt en zowel in de schaduw als in de zon volop zal bloeien.
Alleen is het wel aan te bevelen om in juni wat extra speciale rozenmest van organische samenstelling te geven. In maart mag u ze terug snoeien tot ongeveer 15 cm hoogte.
Bloeiperiode: juni tm oktober
Groei hoogte: ongeveer 70 cm

Liguster snoeien
 
Ligusterhagen moet je snoeien als ze groeien, tussen half mei en half augustus dus. Later snoeien kan wel, maar heeft als nadeel dat de jonge toppen die daarna worden gevormd wat kwetsbaarder zijn voor (nacht)vorst. Is de haag nog jong, dan is het belangrijk dat je hem niet te veel in de breedte en lengte laat uitdijen. Hoe sterker de snoei, hoe dichter de haag wordt. Haal de hoogopschietende twijgen van liguster gerust weg tot zo’n 10 centimeter boven de oude snoeiplek. Dit lijkt rigoureus, maar de haag krijgt er een betere vertakking door. Vergeet ook de zijkanten niet, anders wordt de haag ieder jaar dikker.

Maagdenpalm (Vinca major)
 
Wintergroene vroegbloeiende bodembedekker, die reeds kort na de winter met blauwe bloemen bloeit en tot zelfs in oktober kan bloeien, en zich ruimschoots vermeerdert door ondergrondse uitlopers. Om ze niet door heel u tuin te laten groeien is het aan te bevelen om ze regelmatig te snoeien.
Volledig wintergroen. Bloeit vroeg.
Vermeerderen: door het uitgraven van bewortelde uitlopers en deze elders te planten. Zowel in voor- als najaar.

Hertshooi- Sint-Janskruid ‘Hypericum adrosaemum’

Sint-Janskruid.
Is een 60 tot 70 cm hoge, overblijvende plant met kleine
blaadjes en vertakte stengels met eindstandige bijschermen van goudgele
bloemen. Sint-Janskruid vraagt een goeddoorlatende tot droge bodem en een
standplaats in zon tot halfschaduw.
De stengel is enigszins roodachtig, rond op doorsnede met twee uitspringende
lijsten. De bladeren zijn tegenoverstaand en zittend, aan de onderzijde
enigszins blauwig van kleur. Ze bevatten doorschijnende oliekliertjes die, als
de blaadjes tegen het licht worden gehouden, op gaatjes lijken. De bloemen
hebben vijf kelkbladeren en vijf ongelijke kroonbladeren die ook bezaaid zijn
met oliekliertjes.
De vrij lange meeldraden die bovendien in groot aantal voorkomen gevende
bloemetjes nog meer een “stralend” uiterlijk. De vrucht is een driehokkige
doosvrucht met gesnavelde, eivormige vruchtjes. Ondergronds bevindt zich een wortelstok.
De plant heeft zijn hoofdbloei in juni, maar wordt tot in september/oktober
bloeiend aangetroffen.
Vermeerderen: door zaaien of scheuren, beide kan zowel in het voor- als najaar.

Lathyrus (tuberosus)
Lathyrus (tuberosus):
 
Bloeiperiode: is van juni Tot augustus, afhankelijk van het soort.
De vaste latyrus heeft wel niet de typisch heerlijke geur van de 1-jarige, bij verplanten rekening mee houden dat de vaste latyrus een penwortel heeft van minimaal 1 meter.
Vermeerderen:
Lathyrus is gewoon te zaaien van half mei tot half juli.
Zorg voor een zonnige beschutte plaats.
Reeds het eerste jaar zal deze bloemen geven maar om een stevige plant te krijgen wordt aanbevolen na volledig uitkomen van de eerste bloem de stengel af te knippen.

Tuinboeket zaaien
Als je in de eerste helft van juni nog eenjarige ter plekke zaait,
bloeien ze in de nazomer. Er zijn speciale mengsels op kleur te koop, bijvoorbeeld blauw, geel en groen of lilaroze.
Extra zomersfeer geeft een ‘tuinboeket in geur en kleur’, een selectie eenjarige met geurende bloemen. Met een speciaal vlindermengsel doe je deze mooie insecten een plezier. Ze zijn nog laat in de zomer actief.
· Strooi de zaden eerst in een bakje met zand en meng het goed door elkaar.
Zo zie je waar je zaait.
· De grond moet vochtig zijn. Dek bij droog weer het zaaibed af met een lapje
vitrage, vliesdoek of windgaas. Dit geeft bescherming tegen uitdrogen en
voorkomt tevens vraat door vogels.



Dorst van tuinplanten?

Bij tuinplanten verschilt de waterbehoefte per soort.
Aan het uiterlijk van de planten kun je vaak al zien of ze met veel of weinig vocht toekunnen. Planten met groot, glad blad verdampen flink en voelen zich meestal het prettigst op een wat vochtige plek in de (half)schaduw.
Planten met behaard of naaldvormig blad zijn juist goed bestand tegen droogte.
Tip:
Rozen hebben veel water nodig maar ze laten dat niet zien door slap te gaan hangen. Geef ze daarom op droge grond af en toe wat extra water.


Snoei na de bloei
 
De vlinderstruik, Buddleja davidii, met zijn prachtige trossen bloemen in augustus is algemeen bekend. Minder bekend, maar zeker zo mooi is Buddleja alternifolia. Deze struik bloeit (in juni) op hout dat het vorige jaar is gevormd. Als je hem dus net als zijn bekende broer in het voorjaar zou snoeien, mis je de kleine lila-achtige bloempjes.
Snoei Buddleja alternifolia dus na de bloei. Dit geldt ook voor Deutzia (bruidsbloem), Spiraea en Weigela.


Rozen nu bemesten
 
In de loop van juni komen de rozen steeds verder in bloei. Bloeien (en geuren!) vergt veel energie. Vooral voor doorbloeiende rozen is extra voeding noodzakelijk om ze in goede conditie te houden. Eén-maal bloeiende rozen gebruiken voeding voor de vorming van nieuwe scheuten. Dat zijn de mooiste bloeitakken voor het volgende seizoen.
Hoe langer ze zijn, hoe rijker de bloei. Geef daarom alle rozen in juni voor de tweede maal mest. Geef ze bij voorkeur speciale rozenmest van organische samenstelling.


Gras maaien
 
Gras moet je regelmatig maaien. Als je een keer in de vijf dagen maait, is het maaisel kort genoeg om te laten liggen. Dit verteert en komt als voeding terug in het gazon. Gaat u met vakantie?,
Zorg dan dat het gras tijdens uw afwezigheid wordt gemaaid, anders is er bij terugkomst geen doorkomen aan en bloeien de grasplantjes misschien zelfs wel.
Lang gras moet men in tweemaal maaien weer op de goede lengte te worden gebracht.
Maai de eerste keer zo hoog mogelijk, de tweede maal (een dag later) op de normale stand.


Tip:

Ook graskantjes knippen is een steeds terugkerend karwei. Door het gazon met een rand stenen af te werken, die ongeveer een cm lager liggen dan het gazon, kunt u de randen gewoon mee maaien.
Tips in juni.
Maak uw vogel drinkbakje regelmatig schoon. Vogels weten uw tuin dan te vinden, waardoor u dagelijks bezoek van ze krijgt.
Controleer rozen regelmatig op bladluizen. Verwijder deze met een harde waterstraal of, als het er nog niet veel zijn, met de hand.
Verwijder regelmatig de uitgebloeide bloemen van de eenjarige. Hierdoor ontstaat een rijkere bloei.
Maai de wilde bloemenweide pas voor de eerste keer nadat de voorjaarsbloemen zich hebben uitgezaaid.
Gooi (ongekookt) groente-, fruit- en tuinafval op de composthoop. Gooi aardappel- en sinaasappelschillen liever in de afvalbak, omdat deze vaak bespoten zijn met chemische middelen.
Knip snelgroeiende klimplanten zoals klimop en wilde wingerd tijdig bij.
Gooi bananenschillen niet in de afvalbak, maar bij uw rozen. Ze bevatten veel waardevolle voedingsstoffen.
Knip een buxus-Haagje alleen wanneer het een paar dagen bewolkt is. Bij felle zon kan het blad verbranden.
Jaag slakken weg door bij de Hosta’s en Zonnebloemen en Dahlia’s enz. kofiedrap te strooien
Controleer planten in potten dagelijks op water. Planten met veel bladeren kunnen zelfs bij regenachtig weer nog water nodig hebben.
Geef kuipplanten, vooral Brugmansia, regelmatig voeding. Handig zijn tabletten met langzaam-werkende meststoffen die enkele maanden werkzaam zijn. Giet uw tuinplanten bij voorkeur met regenwater. Een regenton is dan ook onmisbaar om kostbaar leidingwater te sparen.
Tip: plant eens een paar sempervivums of sedums op het dak van uw schuurtje, bij voorkeur op een dakpan. Het ziet er leuk uit en u hoeft ze geen water te geven.
Leg stro tussen de aardbeiplantjes om rotten van de aardbeien op natte grond tegen te gaan.
Kamerplanten kunnen nu nog verpot worden. Haal de oude bovenlaag weg en maak de potkluit eerst wat los. Zet uw kamerplanten eens buiten tijdens een zacht regenbuitje. Het stof spoelt er dan gemakkelijk af.
Maai het gras in de zomer op een lengte van 3-5 cm om verbranding door felle zon te voorkomen. Ook mos krijgt zo minder kans.
Spuit rozen bij een aantasting van roest, meeldauw of sterroetdauw tijdig met een aftreksel van heermoes of brandnetels.
Door regelmatig de uitgebloeide bloemen uit de eenjarige te knippen ontstaat een rijkere bloei. Geef rozen deze maand een extra bemesting met gedroogde koemest of speciale rozenmest.
Sproei bij voorkeur ’s avonds. Er is dan het minste verdamping en de planten zullen niet verbranden. Wees zuinig met kostbaar leidingwater. Sproei de tuin alleen als het echt nodig is.
Geef tuinplanten liever af en toe een flinke watergift dan elke dag een beetje.
Geef bloembakken en kuipplanten regelmatig voeding. Heel handig zijn langzaam-werkende bemestingstabletten die enkele maanden werkzaam zijn.
Zorg dat de composthoop niet uitdroogt. Begiet hem zo-nodig en dek hem eventueel af met doeken of een deksel.
Gebruik liever geen (chemische) slakkenkorrels, maar gebruik hiervoor koffiedrap.
Geef hanging baskets bij droog weer minimaal twee keer per dag water.
Grasmaaisel kan op de composthoop maar ook in de plantenborder uitgestrooid worden. Het houdt de grond vochtig en houdt onkruidgroei tegen.
Sommige vaste planten, zoals tuingeraniums, kunnen na de bloei flink teruggeknipt worden. In augustus zullen ze dan voor de tweede keer bloeien.
Als u de liguster-, beuken- of buxusheg nog niet gesnoeid heeft, wordt het hoog tijd om dat deze maand te doen.
Bind klimplanten tijdig aan, zodat u ze mooi in goede banen kunt leiden.
Voor een vijver die pal in de zon ligt kunnen drijvende waterplanten voor wat extra schaduw zorgen. Haal regelmatig overtollige draadwieren en eendenkroos uit de vijver voordat het een echte plaag wordt.
Begin van de zomer: 21 juni.
Bij droog weer de planten regelmatig besproeien.
Klimplanten kunnen worden vermeerderd.
Oude bladeren en bloemstengels van de Helleborus verwijderen en meststoffen toevoegen
Pompoenen zaaien.
Heb je de wintersnoei van de druif overgeslagen, snoei hem dan deze maand
Snoei volgroeide bladverliezende heester na de bloei.
Maai je gazon regelmatig, het liefst twee keer per week.
Vaste planten zaaien.
Verwijder uitgebloeide bloemen van de Rhododendron, Camillia’s en Seringen, de planten zullen nu al hun energie gaan steken in de bloemknoppen voor volgend jaar. Ook andere uitgebloeide bloemen verwijderen, de bloeiperiode zal hierdoor verlengd worden.
Verwijder wildopslag van rozen.
Zaai planten die in de winter en het voorjaar bloeien.
Zomergoed kan worden geplant.
Knip afgestorven blad van bloembollen af.
Water geven en bemesten om planten sterk te houden zodat ze beter bestand zijn tegen ziekten en plagen.
Tweejarige planten uitzaaien zodat ze dit jaar nog uitgroeien tot stevige planten.
Bij zeer zonnig weer het gazon niet te kort maaien om verbranding te voorkomen.
Kwaliteit van vijver water regelmatig controleren om algengroei te beperken.

Geen opmerkingen: